De aanwezigheid van AZ Oudenaarde in het Gentse netwerk, en de afwezigheid van AZ Oudenaarde in het E17-netwerk worden als het probleem naar voor geschoven in de respectievelijke schrijvens. Daarenboven gaat de tekst verder "doorkruist uw voorstel de logica van de regionale samenwerkingsverbanden buiten de acute ziekenhuizen. Hierdoor komt de leesbaarheid van de organisatie van de ziekenhuiszorg voor de patiënt en andere zorgverleners in gedrang en is het onduidelijk hoe een afstemming kan georganiseerd worden met deze locoregionale partners ifv zorgstrategische planning". Begrijpend lezen voor gevorderden.

Hoewel de beslissing over deelname aan het pilootproject Regionale Zorgstrategische Planning op zich niet betekent dat de betrokken netwerken niet goedgekeurd worden, blijkt bij nadere toelichting door de Vlaamse minister daar toch het kalf gebonden te zijn. Het stond al in de sterren geschreven dat inzake netwerkvorming de "bottom up" benadering van de federale minister met de meer "top down" visie van het Vlaamse niveau zou botsen. In Gent zitten we met de gebakken peren.

Inderdaad, één van de vier Gentse ziekenhuizen, heeft ervoor gekozen aan te sluiten bij een netwerk dat tot ver over de Oostvlaamse grenzen reikt, met als gevolg dat patiënten voor bepaalde onderzoeken of (reeksen) behandelingen in een busje heen en weer worden vervoerd over een afstand van ongeveer 50 km. En dit terwijl er in onze stad een ruim aanbod van hetzelfde is. Een gemaakte keuze van het management van dit Gentse ziekenhuis en een voldongen feit waar de andere 3 ziekenhuizen van de stad mee geconfronteerd worden. Over het waarom van deze keuze kan men zich vele vragen stellen. Zou het kunnen dat de aanwezigheid van een universitair ziekenhuis als potentiële netwerkpartner het hoofdprobleem is geweest? Want in het ontwerp-KB over de ziekenhuisnetwerken staat expliciet dat ook de UZ's AZ's zijn en dus deel moeten uitmaken van een netwerk. Maar anderzijds zijn de UZ's ook UZ's, wat vooral inzake derdelijnsfuncties bedreigend overkomt voor de AZ's die nu vaak ook hooggespecialiseerde zorgtaken vervullen. Hoe je niet-universitaire en universitaire artsen, met hun totaal verschillende statuten en culturen, harmonieus kunt doen samenwerken in één ziekenhuisnetwerk waarin het de bedoeling is zorgopdrachten te herverdelen, daar biedt de regelgeving geen antwoord op. Bottom up dan maar zeker?

Aan de recente ondertekening van de intentieverklaring tot oprichting van het ziekenhuisnetwerk Gent zijn vele uren vergadertijd vooraf gegaan, waar wij als artsen ook intensief bij betrokken waren. Onze medische raad heeft trouwens de afgelopen jaren ook gesprekken gevoerd over verregaande medische samenwerking met de medische raden van AZ Maria Middelares en AZ Jan Palfijn, en dit nog voor het concept van de verplichte ziekenhuisnetwerken naar voor werd geschoven. Telkens vonden wij artsen elkaar, maar werd door bestuurders beslist dat de samenwerking niet of in mindere mate door zou gaan. En toen de invoering van de (verplichte) locoregionale ziekenhuisnetwerken werd aangekondigd zijn we opnieuw met onze collega's aan tafel gaan zitten: AZ Jan Palfijn, UZ Gent, AZ Lokeren, AZ Nikolaas en meest recent ook AZ Oudenaarde. De Wase collega's zagen we echter - weerom door een beslissing van managers - abrupt afscheid nemen.

En hoewel de aanwezigheid van een universitair ziekenhuis als potentiële (of onvermijdelijke?) netwerkpartner ook bij onze medische staf heel wat weerstand en onbeantwoorde vragen opriep en nog steeds oproept, heeft onze medische raad zijn verantwoordelijkheid genomen en een positief advies uitgebracht om de oprichting van een logisch Gents netwerk alle kansen te geven. De mogelijkheid tot deelname aan het pilootproject rond uitwerking van een regionaal zorgstrategisch plan was hierbij een sterke motivator, omdat dit eindelijk zou betekenen dat er concrete gesprekken zouden gevoerd worden over klinische samenwerking in de dagelijkse praktijk. De huidige toestand leidt echter tot immobilisme, tot uitstellen van benoemingen en investeringen, met finaal de patiënt van onze regio als grootste slachtoffer. De overheden moeten eindelijk hun verantwoordelijkheid eens nemen en ons de noodzakelijke duidelijkheid verschaffen.

Dr. Jan Donck, voorzitter Medische Raad, AZ Sint-Lucas Gent

De aanwezigheid van AZ Oudenaarde in het Gentse netwerk, en de afwezigheid van AZ Oudenaarde in het E17-netwerk worden als het probleem naar voor geschoven in de respectievelijke schrijvens. Daarenboven gaat de tekst verder "doorkruist uw voorstel de logica van de regionale samenwerkingsverbanden buiten de acute ziekenhuizen. Hierdoor komt de leesbaarheid van de organisatie van de ziekenhuiszorg voor de patiënt en andere zorgverleners in gedrang en is het onduidelijk hoe een afstemming kan georganiseerd worden met deze locoregionale partners ifv zorgstrategische planning". Begrijpend lezen voor gevorderden. Hoewel de beslissing over deelname aan het pilootproject Regionale Zorgstrategische Planning op zich niet betekent dat de betrokken netwerken niet goedgekeurd worden, blijkt bij nadere toelichting door de Vlaamse minister daar toch het kalf gebonden te zijn. Het stond al in de sterren geschreven dat inzake netwerkvorming de "bottom up" benadering van de federale minister met de meer "top down" visie van het Vlaamse niveau zou botsen. In Gent zitten we met de gebakken peren. Inderdaad, één van de vier Gentse ziekenhuizen, heeft ervoor gekozen aan te sluiten bij een netwerk dat tot ver over de Oostvlaamse grenzen reikt, met als gevolg dat patiënten voor bepaalde onderzoeken of (reeksen) behandelingen in een busje heen en weer worden vervoerd over een afstand van ongeveer 50 km. En dit terwijl er in onze stad een ruim aanbod van hetzelfde is. Een gemaakte keuze van het management van dit Gentse ziekenhuis en een voldongen feit waar de andere 3 ziekenhuizen van de stad mee geconfronteerd worden. Over het waarom van deze keuze kan men zich vele vragen stellen. Zou het kunnen dat de aanwezigheid van een universitair ziekenhuis als potentiële netwerkpartner het hoofdprobleem is geweest? Want in het ontwerp-KB over de ziekenhuisnetwerken staat expliciet dat ook de UZ's AZ's zijn en dus deel moeten uitmaken van een netwerk. Maar anderzijds zijn de UZ's ook UZ's, wat vooral inzake derdelijnsfuncties bedreigend overkomt voor de AZ's die nu vaak ook hooggespecialiseerde zorgtaken vervullen. Hoe je niet-universitaire en universitaire artsen, met hun totaal verschillende statuten en culturen, harmonieus kunt doen samenwerken in één ziekenhuisnetwerk waarin het de bedoeling is zorgopdrachten te herverdelen, daar biedt de regelgeving geen antwoord op. Bottom up dan maar zeker?Aan de recente ondertekening van de intentieverklaring tot oprichting van het ziekenhuisnetwerk Gent zijn vele uren vergadertijd vooraf gegaan, waar wij als artsen ook intensief bij betrokken waren. Onze medische raad heeft trouwens de afgelopen jaren ook gesprekken gevoerd over verregaande medische samenwerking met de medische raden van AZ Maria Middelares en AZ Jan Palfijn, en dit nog voor het concept van de verplichte ziekenhuisnetwerken naar voor werd geschoven. Telkens vonden wij artsen elkaar, maar werd door bestuurders beslist dat de samenwerking niet of in mindere mate door zou gaan. En toen de invoering van de (verplichte) locoregionale ziekenhuisnetwerken werd aangekondigd zijn we opnieuw met onze collega's aan tafel gaan zitten: AZ Jan Palfijn, UZ Gent, AZ Lokeren, AZ Nikolaas en meest recent ook AZ Oudenaarde. De Wase collega's zagen we echter - weerom door een beslissing van managers - abrupt afscheid nemen. En hoewel de aanwezigheid van een universitair ziekenhuis als potentiële (of onvermijdelijke?) netwerkpartner ook bij onze medische staf heel wat weerstand en onbeantwoorde vragen opriep en nog steeds oproept, heeft onze medische raad zijn verantwoordelijkheid genomen en een positief advies uitgebracht om de oprichting van een logisch Gents netwerk alle kansen te geven. De mogelijkheid tot deelname aan het pilootproject rond uitwerking van een regionaal zorgstrategisch plan was hierbij een sterke motivator, omdat dit eindelijk zou betekenen dat er concrete gesprekken zouden gevoerd worden over klinische samenwerking in de dagelijkse praktijk. De huidige toestand leidt echter tot immobilisme, tot uitstellen van benoemingen en investeringen, met finaal de patiënt van onze regio als grootste slachtoffer. De overheden moeten eindelijk hun verantwoordelijkheid eens nemen en ons de noodzakelijke duidelijkheid verschaffen. Dr. Jan Donck, voorzitter Medische Raad, AZ Sint-Lucas Gent