Voor het eerst organiseerde Zorgbeleid.be - de universiteiten en UZ's van Leuven en Gent - een event voor zijn alumni. De interuniversitaire opleiding Management en Leadership voor Artsen (MLA) is aan zijn vierde cyclus toe, waardoor Zorgbeleid.be al circa 120 artsen met specifieke expertise in management en beleid afleverde.
In aanloop naar de verkiezingen opteerde men voor een kopstukkendebat. De vier uitgenodigde politieke partijen vaardigden twee juristen en twee artsen af. Wat opviel was dat Vlaams minister voor Gezondheid Jo Vandeurzen ("ik mag toch Maggie zeggen?") en federaal minister voor Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block ("nu je niet meer opkomt, mag je inderdaad Maggie zeggen") bijzonder goed overeenkwamen.
Technisch en tijdrovend
Met betrekking tot de ziekenhuis-financiering herinnerde Maggie De Block aan de invoering begin 2019 van de Laagvariabele Zorg (LVZ). "Dit gaat over 10% van het klassieke en het dagziekenhuis en enkel over honoraria. Vanaf 2020 komen daar geneesmiddelen en implantaten bij en in 2021 het Budget Financiële Middelen (BFM). We bereiden nu volop de medium- en hoog-variabele zorg voor. Dit is zeer technisch en dus zeer tijdrovend. Ondanks de vele heilige huisjes boeken we echter vooruitgang."
Ziekenhuizen worden nog steeds grotendeels via de ligdag vergoed. "We moeten af van de financiering van het beddenhuis," zei De Block. "Steeds meer ingrepen gebeuren ambulant en mensen mogen vroeger naar huis. De regering loopt wel op haar laatste benen maar de administratie werkt verder. De volgende stappen implementeren we de volgende vijf jaar."
Afscheidnemend minister Jo Vandeurzen had er alle vertrouwen in dat de nieuwe ziekenhuisfinanciering vlug in een stroomversnelling geraakt. "Het zal sneller gaan als de incentives in de juiste richting zitten. Het is mijn overtuiging dat het terrein, zodra artsen en ziekenhuizen die richting zien, zeer snel en dynamisch zal reageren. Als netwerken bijvoorbeeld niet meer gepenaliseerd worden wanneer ze op één campus een collectieve apotheek inplanten. Flankerend beleid is uiteraard nodig."
Volgens De Block is het sluiten van ziekenhuizen niet aan de orde. "Maar het kan niet langer dat een appendectomie bij een jongeman in het ene ziekenhuis vier keer duurder is dan in een ander ziekenhuis. Ook voor medium- en hoogvariabele zorg komt er voor hetzelfde type patiënt een bundeling van de honoraria."
Prestatiebetaling
Voor Lorin Parys moet de prestatiebetaling wel de sokkel van onze gezondheidszorg blijven. "Een volledige forfaitarisering werkt niet en is niet in het voordeel van de patiënt. Belangrijk is om anders naar het budget te kijken. Nu gaat 95% naar ziektezorg terwijl 80% van de kwalen vermijdbaar is. De prikkels zitten fout, preventie krijgt te weinig geld: Vlaanderen investeert erin en het federale niveau plukt de vruchten..." "Klopt niet helemaal," repliceerde De Block. "De Interministeriële Conferentie Volksgezondheid onderhandelt hierover. Bijvoorbeeld voor vaccinatie en neonatale screening betaalt Maggie mee."
Dokter Gerlant van Berlaer had de ondankbare taak om ter elfder ure Vlaams volksvertegenwoordiger Karin Jiroflée te vervangen. Hij vindt dat het allemaal niet snel en niet ver genoeg gaat. "Van een herijking is niets gekomen. Zorg moet minder prestatiegedreven gefinancierd worden. Tijd en aandacht voor de patiënt is ook belangrijk. Een omzichtige forfaitarisering is nodig maar incentives moeten er wel blijven. Het is ook absurd dat vrijwel niemand er nog in slaagt zijn weg te vinden in het BFM."
Tussen 1 en 2,2% plus extraatjes
Welke groeinorm krijgt de gezondheidszorg de komende legislatuur?
Lorin Parys: "We behouden de 1,5% boven inflatie. Besparen is nog mogelijk door digitaliseringen op het miljard werkingskosten van de ziekenfondsen. Waarom is er een apart ziekenfonds voor de NMBS? Silo's afbreken binnen het Riziv en stimuli voor generica zorgen eveneens voor besparingen."
Maggie De Block: "De voorspelde economische groei bedraagt 1,6%. De 1,5% boven inflatie behouden, wordt dus een hele uitdaging. Temeer daar dit 0,7% lager is dan de 2,2% die er volgens het Planbureau nodig is om de kosten van vergrijzing en innovatie op te vangen. De middelen moeten niet lineair maar gedifferentieerd aan de deelsectoren worden toegewezen."
Jo Vandeurzen: "Wij zijn voor een federale groeinorm van 1% boven inflatie. Te bekijken in correlatie met de deelstaten. Voor groeiende uitgaven zoals chronische zorg kan men dan rekening houden met verschuivingen naar gemeenschapsbevoegdheden zoals ouderenzorg. Het Riziv-budget moet gedifferentieerd aan de deelsectoren worden toegekend."
Gerlant van Berlaer: "sp.a wil 2,2% buiten inflatie. En een extra inspanning voor de terugbetaling van lenzen, brillen, hoorapparaten enz. Het budget inkrimpen, heeft nefaste gevolgen op de werkvloer. De terugbetaling van intellectuele prestaties verminderen, kost elders geld. Er is meer financiële zuurstof nodig."