...
België komt zijn internationale verbintenissen niet na, omdat de gezondheidszorg voor asielzoekers zeer ongelijk is georganiseerd. Dat komt omdat de financiering verschilt naargelang de plaats van opvang. Het systeem is ook weinig transparant. Het Kenniscentrum kreeg de vraag zich over het probleem te buigen en werkte oplossingen uit.Asielzoekers kunnen in een centrum terechtkomen, of in de lokale opvang, georganiseerd door het OCMW of door ngo's. Ze kunnen ook zelf voor opvang zorgen. Al naargelang de plaats waar hij terechtkomt, verschilt de manier waarop gezondheidszorg georganiseerd wordt - en verschilt ook de instantie die voor financiering zorgt.In collectieve opvangcentra staan in eerste instantie verpleegkundigen in voor de zorg. Huisartsen houden er spreekuur en het centrum bepaalt in welk ziekenhuis een patiënt eventueel terecht kan. Fedasil financiert. Bij lokale opvang door een OCMW, organiseert het OCMW hun gezondheidszorg. Het stuurt de asielzoeker naar een huisarts of bezorgt hem een lijst van huisartsen waar hij terecht kan. Voor ziekenhuiszorg levert het OCMW een betalingsverbintenis af via MediPrima (een geautomatiseerd systeem dat het elektronisch beheer van medische hulpmiddelen door het OCMW mogelijk maakt, nvdr). De factuur komt dan niet bij Fedasil terecht maar bij de POD Maatschappelijke Integratie.Bij lokale opvang georganiseerd door NGO's gaat het anders en ook voor asielzoekers met eigen opvang bestaat een aparte regeling. En niet-begeleide minderjarigen worden nog op een andere manier opgevangen. In die complexe, parallelle systemen vinden noch de asielzoekers, noch de zorgverleners hun weg.Asielzoekers hebben vaak ook heel specifieke behoeften. Een Minlijst en een Pluslijst bepalen welke zorg zij niet kunnen krijgen, of welke zorg juist wel extra terugbetaald wordt. De meeste cosmetische ingrepen staan op de Minlijst en worden niet terugbetaald voor deze groep. Sommige vrij verkrijgbare medicatie staat op de Pluslijst en krijgen asielzoekers juist wel terugbetaald.Asielzoekers kunnen volgens het KCE gewoon geïntegreerd worden in de verplichte ziekteverzekering. Dat is vrij ingrijpend maar het zorgt voor vereenvoudiging. Deze oplossing ligt in het verlengde van wat men voor het gevangeniswezen bedacht. Een andere oplossing is Fedasil alles te laten financieren. Eventueel kan het HZIV instaan voor de administratie. Dat vraagt technische veranderingen en investeringen.Tot slot kan men de bevoegdheid van Fedasil en van de OCMW's grotendeels onaangeroerd laten - maar er wel voor zorgen dat er een gelijke dekking is van de prestaties voor asielzoekers. Dit is het minst ingrijpend, de toegang tot de zorg blijft evenwel ongelijk geregeld.De impact op de kosten valt door een gebrek aan gegevens niet in te schatten. Het KCE denkt dat een hervorming eerst meer zal kosten doordat een reorganisatie de zorg(toegankelijkheid) zal verbeteren. Om dezelfde reden zouden de kosten op termijn echter dalen.Het KCE somt ook enkele mogelijke 'quick wins' op: harmonisatie van het gebruik van Min- en Pluslijst (OCMW's bepalen nu zelf welke items ze overnemen), betere interculturele bemiddeling, inzetten van 'coördinerend artsen' bij OCMW's, binnen het opvangnetwerk één EMD, enz. Het beleid moet de knopen doorhakken, vindt het Kenniscentrum.